Voorbereidende werken

De plaats van de haag

Bepaal de positie van uw planten alvorens je ze effectief ophaalt of laat leveren. Dit kan gemakkelijk door om stokjes te plaatsen zodat je visueel ziet hoe de haag vorm zal krijgen.
Wortels drogen uit onder invloed van wind, vorst of zonlicht waardoor het niet aangewezen is de planten zelf te gebruiken om je haag uit te zetten.
Hou er rekening mee dat een haag uitgroeit tot gemiddeld 0,5 meter breed.  Zorg er dus voor dat je het midden van de plant 25cm verwijdert van de plaats waar de haag uiteindelijk zal moeten stoppen

Grondbewerking

Om de inworteling van planten positief te stimuleren voorzie je best goed omwoelde grond.
De nieuwe en fijne wortels kunnen zich namelijk geen weg naar de ondergrond banen wanneer de bodem té gesloten is, daarnaast resulteert dit ook in een bodem die beter water vasthoudt. (Thema watergeven)

Een goede groeistart werk je in de hand door de optimale omstandigheden te creëren, hiervoor dien je best een bodemverbeteringsmiddel toe. Bemesting is de basis voor een snelle worteling wat de plant eveneens veerkrachtiger maakt.

Je verdeelt de bodemverbeteraar over het te beplanten stuk volgens de vermelde dosering. Wanneer je met compost werkt is het aangewezen extra groenkalk toe te voegen om de zuurtegraad op pijl te houden. Vervolgens woelt je het geheel om met een riek of een spade zodat de organische bemesting op evenwichtige wijze wordt verdeeld over de oppervlakte. Maak grote klompen grond fijn met een riek of een hark zodat de bodem beter aan de plant aansluit en de plant achteraf gemakkelijk water kan opnemen.

Bewaring

Haagplanten met blote wortel

Planten met blote wortels die zich nog niet in de grond begeven drogen zeer snel uit. Zorg er dus zeker voor dat ze niet in contact komen met wind, vorst of zonlicht. Daarom stockeer je de planten best in de schaduw op een vorstvrije plaats met een zak rond de blote wortels (zo creëer je een windvrije zone). Het is aangewezen om de wortels te benevelen met water, voor ze af te dekken, om eveneens uitdroging te voorkomen, want een uitgedroogde wortel leidt tot een verloren zaak. Dit wil niet zeggen dat je ze in een emmer water moet bewaren, want dit zal aanwezige schimmels afspoelen die zich achteraf heel slecht terug hechten op de wortels. Dit zou eveneens resulteren in het sneuvelen van de planten.
Deze manier om planten met blote wortels te bewaren kan maximum dienen om een tijdspanne van 24 uur te overbruggen. Wanneer je genoodzaakt bent om ze langer te bewaren dien je ze op te kuilen.

Haagplanten met kluit

Planten met een kluit bewaren kan, maar voor een maximale tijdspanne van 24 uur en dit uit de zon en wind. Wanneer je genoodzaakt bent om ze langer te bewaren dient u ze op te kuilen

Haagplanten met pot

Planten in een pot bewaren kan, maar voor een maximale tijdspanne van 24 uur en dit uit de zon en wind. Wanneer je genoodzaakt bent om ze langer te bewaren dien je ze open te zetten. Je zet ze best recht, gesorteerd bij elkaar op een beschutte plaats waar het niet te zonnig en warm is. Je begiet ze best, zodat ze niet uitdrogen. Controleer elke dag of ze voldoende vochtig zijn, en geef indien nodig extra water. Op deze manier kan je de planten nog een dag of 10 laten staan.

Jutte doek eraan of eraf

Rond de planten wortel is een jutten doek gebonden. Deze zorgt ervoor dat de kluit vast blijft en wortels niet afbreken. Je moet de doek rond de kluit laten zitten. Planten die in een pot zitten, dien wel uit de pot gehaald te worden.

Aanplantwerken

Uitgraven

Graaf je een gracht om de haag in te planten. Als je een hofkoord strak aanspant blijf je gemakkelijker recht. Graaf recht onder de aangespannen koord, best 1 spade breed een 1.5 spade (30 à 40cm) diep. Tijdens het graven werp je de aarde best afwisselend links en rechts van de gracht, dit gaat je enorm vooruithelpen bij het aanplanten. De bodem, in de gracht, kan je best losmaken met een riek zodat de wortels vlot kunnen doorgroeien.

Zet naast de gracht, om de meter een stokje, zodat je gemakkelijk het aantal planten per lopende meter kan bepalen.

Aanplanten van een haag met kluit

  1. Haal daarna enkele planten en zet ze in de gracht tegen de hofkoord. De planten zouden ongeveer met hun onderste takken net boven de grond moeten uitkomen. Dus wanneer de plant te diep staat vul je de gracht onderaan op en indien hij te ondiep staat graaf je wat dieper (vergeet in dit geval de ondergrond niet terug los te maken). Je hoeft dit niet voor elke plant individueel aan te passen maar zorg ervoor dat het algemene beeld klopt.
  2. Als de planten uitgezet staan, neem je een spade en vul je de gracht met de aarde die langs weerszijde klaarligt. Wanneer dit is afgerond neem je de volgende planten en herhaal je deze werkwijze tot aan het einde van de haag.
  3. Naarmate het werk vordert trap je de grond rond de planten stelselmatig aan. Druk met je voet zowel links als recht van de haag waardoor ze vast en recht komt te staan. Niet overdreven aanduwen anders druk je al de lucht uit de bodem.

Aanplanten van een haag met blote wortel

  1. Plaats de steunpalen. Deze zorgen ervoor dat de planten stevig en stabiel staan. Op deze manier kunnen de planten goed inwortelen zonder dat ze omwaaien en dat de wortels afbreken.
    Sla de palen ongeveer tot 60 cm diep in de grond met een zware hamer. (De gracht is reeds 30à 40cm diep. Dus de paal dient slechts 20 à 30cm dieper geslagen te worden) Ze hoeven vanop de oppervlakte absoluut niet even hoog te zijn als de beoogde hoogte van je haag. 1,2m volstaat zeker voor de steunpalen. Plaats de eerste steunpaal aan het begin van de haag en zet de volgende steeds om de 3m. Het is niet erg als deze verdeling niet volledig uitkomt wanneer je een hoek nadert, plaats de hoekpaal en ga gewoon verder. Je zorgt er wel best voor dat de afstand tussen 2 steunpalen nergens de 3m overschrijdt. Dit om later de draad optimaal te kunnen bevestigen. Aan het einde van je haag plaats je de laatste steunpaal.
  2. Haal daarna enkele planten uit de zak en zet ze in de gracht tegen de hofkoord. De planten zouden ongeveer met hun onderste takken net boven de grond moeten uitkomen. Dus wanneer de plant te diep staat vul je de gracht onderaan op en indien hij te ondiep staat graaf je wat dieper (vergeet in dit geval de ondergrond niet terug los te maken). Je hoeft dit niet voor elke plant individueel aan te passen maar zorg ervoor dat het algemene beeld klopt. Als de planten uitgezet staan neem je een spade en vul je de gracht met de aarde die langs weerszijde klaarligt. Wanneer dit is afgerond neem je de volgende planten en herhaal je deze werkwijze tot aan het einde van de haag.
  3. Naarmate het werk vordert trap je de grond rond de planten stelselmatig aan. Druk met je voet zowel links als recht van de haag waardoor ze vast en recht komt te staan. Niet overdreven aanduwen anders druk je al de lucht uit de bodem.
  4. Je mag de planten bevestigen tussen steundraden. Gebruik hiervoor een ijzeren draad op een rolletje zodat je systematisch te werk kan gaan zonder alles in één keer af rolt.
    Neem enkele krammen/nagels en een hamer en ga van start bij de eerste paal. Draai de draad 1 à 2 maal rondom het paaltje (bovenaan) en zet de draad vast met een kram of een nagel. Wanneer je met nagels werkt klop je hem scheef over de draad tot de draad volledig vastzit. Vervolgens trek je de draad tot aan de volgende paal waar je hem 1 maal rond de paal draait (weer bovenaan). Trek deze draad aan tot hij niet meer doorhangt. Je hoeft deze absoluut niet enorm strak op te spannen. Je bevestigt hier eveneens de draad aan de steunpaal met een kram of nagel.
    Vervolledig op deze manier de gehele haag tot aan de laatste paal waar je de draad terug 2 maal rondom draait en vastmaakt. Herhaal dit proces langs de andere kant zodat de haag opgesloten zit tussen 2 draden.
  5. Met een buigtang of bektang draai je de twee parallelle draden aan elkaar (ongeveer 3 keer tussen 2 steunpalen) zodat de ondersteuning op de planten toeneemt, en de draad opspant. U hoeft de draad niet heel erg sterk aan te spannen, de planten moeten gesteund worden zodat ze niet met de wind rond wiegen.
  6. Indien gewenst mag u hetzelfde proces herhalen op een lagere hoogte, dit is alleen noodzakelijk als de haag heel ongelijkmatig is, waardoor niet alle planten tussen de boven draad vast zitten.

Aanplanten van een haag uit pot

Haal daarna enkele planten.

  1. Je start best met een controle of het kluitje van de potplant al dan niet te droog is, droge planten nemen namelijk slecht water op nadat ze worden geplant. In het geval dat het kluitje te droog is dompel je hem best in water. Hiervoor vul je een emmer met water, waarin je de plant 10 tot 20 minuten het water laat absorberen. De plant is verzadigd wanneer hij niet langer drijft, vervolgens neem je hem voorzichtig uit de emmer. Je laat tijdens het indompelen de pot best zitten zodat je geen potgrond verliest.
  2. Het plantpotje van de plant dien je voorzichtig nu te verwijderen. Maak ook de wortels wat los. Dit stimuleert het groeiproces en voorkomt dat hij verder in de “potvorm” groeit. Kleine wortelschade is onvermijdelijk tijdens het losmaken van de wortels maar kan absoluut geen kwaad. Dit is een impuls voor de wortels om gespreid te groeien tijdens hun actieve zoektocht naar water. Het is wel belangrijk om de wortels nu zo snel mogelijk in de grond te planten, want wortels drogen snel uit onder invloed van zonlicht en wind.
  3. Zet de planten in de gracht tegen de hofkoord. De planten zouden ongeveer met hun onderste takken net boven de grond moeten uitkomen. Dus wanneer de plant te diep staat vul je de gracht onderaan op en indien hij te ondiep staat graaf je wat dieper (vergeet in dit geval de ondergrond niet terug los te maken). Je hoeft dit niet voor elke plant individueel aan te passen maar zorg ervoor dat het algemene beeld klopt.
  4. Als de planten uitgezet staan, neem je een spade en vul je de gracht met de aarde die langs weerszijde klaarligt. Wanneer dit is afgerond neem je de volgende planten en herhaal je deze werkwijze tot aan het einde van de haag.
  5. Naarmate het werk vordert trap je de grond rond de planten stelselmatig aan. Druk met je voet zowel links als recht van de haag waardoor ze vast en recht komt te staan. Niet overdreven aanduwen anders druk je al de lucht uit de bodem.

Gieten

Wanneer de volledige haag in de grond zit mag je ze aangieten. Hierdoor vult de grond zich goed rond de planten.